“Op de camping…Die warme bakker kon je wegdenken”
6 mei 2021
Charlotte van Maarschalkerweerd is Individueel Begeleider bij Belle Hulpverlening en geeft met haar blogs een kijkje in de keuken van haar bijzondere werk.
Bij kamperen denk ik aan vrijheid. Frisse lucht, verse croissants van de lokale bakker. Fluitende vogeltjes, tsjirpende krekels. Zonovergoten grasveldjes, de dauwdruppels glinsterend in het ochtendgloren wanneer je bij het opstaan het vrolijke geluid van de rits van de tent hoort… Genieten toch?
Beter dan slapen in de auto
Iets minder idyllisch was het op de camping bij Marit, een 50-jarige dame die al een tijdje cliënte is bij Belle Hulpverlening. Er hing een donkere, dreigende lucht toen we aankwamen. De rits van haar iglotentje ging maar voor driekwart open en omdat het nog buiten het campingseizoen was, was er nauwelijks iemand op het terrein aanwezig. Die warme bakker kon je dus vast wegdenken. Omdat Marit slecht ter been is, was het opblaasapparaat voor haar luchtbed te ver lopen en sliep ze al drie nachten op de grond. Ander saillant detail was een schmutzige afwasteil die door moest gaan voor toilet, naast de visstoel waarop ik plaats mocht nemen. (Tot zover de frisse buitenlucht.) Collega Tessa was zo attent even plaats te maken voor onze zitplekken door dit teiltje met beide handen een nieuwe plek te geven. Helaas voor haar kwam de waarschuwing van Marit net te laat en werden de eerste 5 minuten verspild aan het wassen en desinfecteren (en nog eens desinfecteren) van de handen. Marit echter was niet ontevreden. Pluspunt van deze camping was immers wel dat het beter was dan slapen in de auto, vond ze. Daar viel wat voor te zeggen, al was ik niet erg overtuigd. Het was even aandoenlijk als schrijnend.
Een basis om naar terug te kunnen keren
Een uur hadden we in de auto gezeten onderweg naar Marit. Er stond namelijk een belangrijke afspraak op de agenda vandaag; de langverwachte intake bij Lister voor een woonplek. Uiteraard keurig digitaal, zoals het heurt in coronatijden. Nog maar net op tijd arriveerden we bij het bescheiden paarse tentje van Marit, de camera al draaiende. Want de charme van het buitenleven daargelaten; er gaat toch niets boven het hebben van een eigen woning. Je eigen stek, veilig, droog en warm, een basis altijd naar terug te kunnen keren. Daar waar je kan opladen, loslaten en jezelf kan zijn.
Dankbaar
Dat klinkt onbedoeld als uit een basismeditatie gegrepen. Toch is het zo. Daar waar wij vaak alleen maar méér en beter willen, zijn de doelen van onze cliënten meestal juist dingen die voor velen zo vanzelfsprekend zijn: een dak boven je hoofd, een bed om in te slapen. Geen zorgen hoeven maken of er ’s avonds eten op tafel staat, of over kapotte tentritsen en afwasteiltjes met urine. Daar mogen we best wat meer bij stilstaan. En om het dan ook maar mindfull te eindigen; wat zijn er veel dingen om dankbaar voor te zijn. Count your blessings.
Met een dubbel gevoel rijden we de lange weg terug.
* De naam Marit is om privacy redenen gefingeerd.