De belastingdienst doet aan bezigheidstherapie en laat een groep zeer kwetsbare burgers in de kou staan
25 oktober 2018
Vervolg op de blog van 4 oktober 2018 ‘Belastingdienst als omgekeerde Robin Hood’
Door Marthe Riemeijer, Senior budgetconsulent & schuldhulpverlener Stadsgeldbeheer en projectmedewerker bij de Federatie Opvang
Op 15 oktober heeft drs. K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken, antwoord gegeven op de kamervragen over huurtoeslag voor mensen die beschermd wonen of huren via een instelling. Ze onderschrijft het belang van betaalbare zelfstandige woonruimte met begeleiding en de daarbij behorende uitstroom en doorstroom vanuit de maatschappelijke opvang. Toch blijft ze ook bij het standpunt dat huurcontracten voor onder andere ‘proefwonen’, waarbij iemand in een zelfstandige woning van een zorginstelling gaat wonen, vallen onder de definitie ‘naar zijn aard van korte duur’ en hiervoor dus geen huurtoeslag toegekend kan worden. Er zijn nog geen gerechtelijke uitspraken geweest of deze kwalificatie van deze huurcontracten inderdaad klopt.
Erger nog: de belastingdienst roept ons op om in bezwaar te gaan, zodat er jurisprudentie kan ontstaan. De dienst trekt zich echter terug als puntje bij paaltje komt en ze in het ongelijk dreigt te worden gesteld. Zo kunnen we elkaar nog lang bezighouden…
Zoeken naar een passende oplossing
De mogelijkheid van een huurcontract voor bepaalde tijd is opnieuw genoemd. Er is echter ook toegegeven dat dit huurcontract voor onze sector slechts beperkt kan werken, omdat het huurcontract niet tussentijds kan worden opgezegd wanneer iemand bijvoorbeeld geen begeleiding meer ontvangt. De minister zegt toe om samen met de Belastingdienst en de Federatie Opvang te onderzoeken hoe deze contractvorm passender kan worden ingezet. Ze denkt daarbij bijvoorbeeld aan de mogelijkheid van het toevoegen van een doelgroepcontract aan het Burgerlijk Wetboek. De zorginstelling zou dan de opzeggingsgrond ‘dringend eigen gebruik’ kunnen toepassen wanneer het huurcontract toch tussentijds moet worden ontbonden. De kamer zal eind 2018 over de voortgang worden geïnformeerd.
Haast is geboden
Wij zien dit als een stap vooruit, maar betreuren de lange duur van dit traject. Onze bewoners hebben nog altijd geen duidelijkheid en ondertussen worden er meer in het verleden toegekende aanvragen huurtoeslag teruggevorderd. Door deze aanhoudende onduidelijkheid is het voor onze bewoners risicovol om door te stromen naar een zelfstandige woningen met begeleiding.
Daarom doen we een hernieuwde oproep om de bewoners van Federatie Opvang of RIBW Alliantie een uitzonderingspositie te geven. Zolang er geen structurele oplossing is geboden en er geen gerechtelijke uitspraak is of ‘proefwonen’ onder de definitie valt van ‘naar zijn aard van korte duur’, mogen de aanvragen voor huurtoeslag voor deze specifieke doelgroep en woonvorm niet meer op deze grond afgewezen of teruggevorderd worden.