Het verhaal van Orlando: van slapen in een auto naar een eigen thuis

21 februari 2024

Er hoeft soms maar weinig te gebeuren om dakloos te worden. Je verdwijnt eenvoudig uit zicht en het kost soms jaren moeite om weer in beeld te komen. Valente brengt mensen die dit is overkomen in beeld en geeft hen zo een gezicht. Een van hen is Orlando (52), die huizen bouwde terwijl hij zelf in een auto woonde.

“Mijn moeder werd dement. Ze had nooit het karakter om in een zorginstelling te verblijven, dat zei de thuiszorg ook. Daarom heb ik samen met de thuiszorg 4 jaar voor haar gezorgd”, vertelt Orlando. “Op den duur ben ik bij haar gaan wonen. Dat moest wel, omdat ze ging wandelen en zo.” In 2016 stierf de moeder van Orlando. “Op het moment dat ze overleed moest ik het huis uit. Heel erg onverwacht. Toen ik bij haar introk hebben we alles volgens de regels gedaan. Maar omdat ik familie was, mocht ik van de woningbouw toch niet blijven.” Ten tijde van Orlando’s situatie waren volwassen wezen in de meeste gevallen verplicht om binnen 2 maanden na het overlijden van hun ouders de woning te verlaten. In de sociale huursector is die regeling inmiddels aangepast.

Van slaapzaal naar bootje


In 2017 kocht Orlando een auto, waarin hij woonde op verschillende parkeerplaatsen en in garages in Utrecht. In 2019 kwam hij bij het Leger de Heils terecht die hem doorverwezen naar de Tussenvoorziening. Hij verkaste van een tijdelijk bed aan de Nieuwegracht naar de Sleep Inn. Van het vakantiegeld van zijn daklozenuitkering kocht hij een kajuitbootje en zette er een bed in. Als dakloze timmerman bouwde hij villa’s. “Het bootje was beter dan een slaapzaal, maar ik werd er hoorntjesdol.” Hij was intussen al bijna 4 jaar dakloos.

In de herfst van 2020 belde de Tussenvoorziening met een goed bericht: er was een woning voor Orlando. Binnen een paar weken verhuisde hij, regelde van alles, en richtte de woning in. “En toen schoot ik in de rouw. Alles moest ik verwerken. Het ging niet meer, ik kwam mijn bed niet uit.”

Volwaardig mens

Gelukkig laat de Tussenvoorziening je niet los op het moment dat je een woning hebt. Orlando’s begeleider Lieke hielp met van alles, van gebitsproblemen tot een doorverwijzing naar Altrecht. Hij kreeg een EMDR-behandeling voor zijn PTSS. “Superintens, maar het hielp. Ik heb de rouw om mijn moeder kunnen verwerken, ik ben uit de overlevingsstand. Het gaat nu supergoed met me”, zegt hij met een stralende lach.

Orlando woont sinds december 2020 in een gemengd-wonencomplex dat is opgezet door de Tussenvoorziening en Woonin (voorheen Mitros) vanuit het project ‘Eerst een thuis’: eerst een huis, dan aan je problemen werken. Intussen werkt Orlando als vrijwilliger bij de Tussenvoorziening. Hij knapt gedoneerde laptops op zodat die naar cliënten kunnen en geeft voorlichting over dakloosheid. “Ik ga ook nog een ICT-opleiding doen aan de hogeschool. Spannend, maar ik doe het wel, want ik sta weer krachtig in mijn schoenen.”

Fotografie: Kim van de Wetering