Jongeren met schulden- geef ze gewoon goede schuldhulpverlening

1 december 2017

De schuldenproblematiek heeft de afgelopen jaren –terecht- steeds meer aandacht gekregen. Zowel in de media (de documentaireserie Schuldig heeft daar in grote mate aan bijgedragen) als in de politiek: in het nieuwe regeerakkoord staat een aardige paragraaf over de verbetering van –toegang tot- schuldhulpverlening. De aandacht voor schuldhulpverlening leidt helaas nog niet tot minder mensen met schulden of een lager schuldbedrag per persoon. En er is één doelgroep waar heel veel aandacht voor is maar waar dé oplossing voor uitblijft: jongeren met schulden.
In al die aandacht voor die jongeren ligt de nadruk vaak –wederom terecht- op preventie van die schulden. De overgang van -18 naar +18 is te groot. De eerste schuld die gemaakt wordt is die bij de zorgverzekering omdat ze die ineens zelf moeten betalen. En bovendien heeft een groot aantal jongeren schulden bij de telefoonmaatschappijen die met aantrekkelijke lokkertjes veel te dure abonnementen verkopen.

Oplossingen
Ook in de oplossingensfeer is er aandacht. In veel gemeenten duiken jongerenfondsen op: de schuld van de jongere wordt overgenomen (geheel of een percentage), de jongere betaalt terug aan het fonds en ontvangt begeleiding om financiële misstappen in de toekomst te voorkomen. Ook ontvangen de jongeren begeleiding bij het vinden van dagbesteding: terug naar de studie of betaald werk vinden. In gemeente Den Haag heeft het jongerenperspectieffonds zo al meer dan 50 jongeren kunnen helpen en in Utrecht is sinds september 2017 het jongerenfonds gestart met min of meer dezelfde insteek.

Twee aspecten zijn naar mijn idee goed aan deze fondsen:
– Er wordt erkend dat een integrale aanpak voor de jongeren noodzakelijk is. Naast schulden hebben deze jongeren vaak meerdere problemen en intensieve begeleiding is noodzakelijk, denk aan huisvesting en dagbesteding.
– Het probleem staat op de kaart: voor een jongere ís het vaak ook moeilijk om van zijn schulden af te komen. Schuldeisers willen vaak niet meewerken aan een schuldenregeling omdat de jongere een toekomstperspectief zou hebben waarin hij meer kan aflossen. Maar de schulden houden de jongere in de tang waardoor zijn ontwikkeling stil staat en er helemaal geen toekomstperspectief lijkt te zijn.
Kortom, de aandacht is goed maar de uitwerking kan volgens mij beter. Juist nu het probleem op de kaart staat is dit het moment om het probleem landelijk op te lossen. Ik denk dat het tijd is dat de regering de regie pakt, in plaats van gemeenten met hun lokale jongerenfondsen. Mijn inschatting is dat er nog veel jongerenfondsen, met elk zijn eigen toelatingseisen, zullen volgen. Dat kost allemaal denkkracht, veel geld, veel lessons learned die niet geleerd worden. Ik denk dat er landelijke oplossingen voor jongeren met schulden moeten worden gevonden: de schuldeisers zouden op een of andere manier moeten worden gestimuleerd mee te werken aan een schuldenregeling. De overheid kan hier als grote schuldeiser zeker het goede voorbeeld in geven.

Lange adem
Daarnaast dienen schuldhulpverleners naar de mogelijkheden binnen de wet- en regelgeving te zoeken: omarm de bureaucratie en bedenk wat wel kan. Te vaak wordt gezegd dat een schuldenregeling niet mogelijk is wanneer een jongere studeert. Maar hoe mooi zou het zijn als een jongere tegelijkertijd met zijn studie én zijn schulden klaar is? En dat is niet onmogelijk maar het vereist wel een andere houding van de schuldhulpverlener. Bij een aantal instanties worden studerende jongeren met schulden wél in een schuldenregeling geholpen: Stadsbank Apeldoorn en bij GKB Assen, GKB Groningen maken hierin goede stappen door onder andere meer aandacht te schenken aan de begeleiding van deze jongeren, in vroeg stadium informatie aan de schuldeisers te verstrekken over de situatie van de jongere en vervolgens een zorgvuldig onderbouwd voorstel te sturen aan de schuldeisers. Ook bij Stadsgeldbeheer proberen we verder te kijken dan onze neus lang is. Dat betekent dat we soms een lange adem nodig hebben om die jongere toch in een schuldenregeling te krijgen. Regels, onwillige schuldeisers en dus rechters kruisen ons pad. Maar laat dat nou net zijn waar we goed in zijn, die lange adem.

Jora Wolterink
Projectmedewerker Armoede en Schulden, Stadsgeldbeheer